Het observeren van de nachtelijke hemel is fascinerend, maar het onderscheiden van sterren en satellieten kan lastig zijn. Hier zijn enkele belangrijke verschillen:
- Beweging – Sterren lijken stil te staan omdat ze extreem ver weg zijn. Satellieten bewegen echter gestaag door de lucht, vaak van west naar oost, en voltooien hun passage in enkele minuten. Als je een helder object in een rechte lijn zonder afwijking ziet bewegen, is het waarschijnlijk een satelliet.
- Twinkelen – Sterren twinkelen door atmosferische verstoringen. Dit komt doordat hun licht wordt gebroken en verstrooid door de atmosfeer. Satellieten twinkelen niet; ze stralen een constante lichtsterkte uit omdat ze het zonlicht reflecteren, waardoor ze stabieler lijken in helderheid.
- Veranderende helderheid – Sommige satellieten, zoals de Iridium-satellieten, kunnen plotselinge heldere flitsen vertonen, zogenaamde flares. Deze flitsen ontstaan wanneer de zonnepanelen of reflecterende oppervlakken van de satelliet het zonlicht op de juiste hoek weerkaatsen. Sterren behouden meestal een min of meer constante helderheid, tenzij ze worden beïnvloed door hun eigen interne processen of astronomische fenomenen zoals bedekkingen.
- Regelmatig pad – Satellieten volgen een rechte baan met een constante snelheid, in tegenstelling tot vliegtuigen, die kunnen knipperen of condensstrepen achterlaten. Sterren lijken door de aardrotatie langzaam te bewegen, maar trekken niet in enkele minuten door de hemel. Met de juiste apps kun je de beweging van satellieten nauwkeurig voorspellen.
- Kleurvariatie – Sterren kunnen verschillende kleuren vertonen, van rood tot blauw, afhankelijk van hun temperatuur en samenstelling. Satellieten daarentegen verschijnen meestal wit of gelig door de weerkaatsing van zonlicht en vertonen geen intrinsieke kleurveranderingen.
Door deze verschillen in gedachten te houden en beschikbare satellietvolgtools te gebruiken, kun je eenvoudig een ster van een satelliet onderscheiden.
